DE PSYCHOLOOG:
Een taboe, of toch niet?
Mijn persoonlijk verhaal...

Ik heb er lang over na moeten denken of ik hier een blog over zou schrijven. Niet omdat het een taboe is in de topsport om over psychologen te praten, of hoe je ‘ze’ wil noemen, maar meer omdat ik jullie dan een aangrijpende gebeurtenis zou moeten vertellen.

Waarom zou ik dat doen, en wil ik dat wel?

Niets moet, alles mag. Maar ik vind dat je pas je oordeel of mening kan geven over dit vraagstuk, als je zelf hebt ervaren hoe het is, en wat voor positieve invloed het kan hebben op je leven. Vandaar dat ik jullie een voorbeeld wil geven, en wil laten zien dat professionele hulp zoeken oké is.

Op het moment dat je een persoonlijk verhaal beschrijft, neem je automatisch betrokkenen mee.. Ik treed niet in details, uit respect voor diegene, maar zal globaal mijn situatie schetsen.

Persoonlijk verhaal

Het is 6 oktober 2015. Ik kom net thuis van mijn tweede training en word begeleid naar de woonkamer door mijn toenmalige partner. Afgelopen weekend ben ik voor het eerst Nederlands Kampioen geworden in mijn nieuwe gewichtsklasse, en volgende week doe ik mee aan de Grand Slam in Parijs. In de woonkamer wordt me verteld dat mijn huwelijk voorbij is. We waren 13 jaar samen, en 1,5 jaar getrouwd. Tot zover.

Ik heb de situatie beschreven zoals het die bewuste dag is gegaan. Vanaf deze gebeurtenis wil ik jullie laten zien wat het met mij heeft gedaan, en waarom het noodzakelijk was dat ik professionele hulp moest inschakelen.

Intens verdriet, ongeloof, en woede. Hoe, wat, waarom, wanneer, een scheiding? De grond is onder mijn voeten weggehaald, en ik val. Ik kan niet in woorden omschrijven wat het met mij heeft gedaan. Dit zijn de eerste woorden die in me opkwamen.

‘Mijn zelfvertrouwen, mijn zelfwaardering, maar vooral mijn zelfbeeld was met de grond gelijk’.

En nu? Ik ben net 5e van de Wereld geworden, en de prestigieuze toernooien in Parijs, Abu Dhabi, Korea en Japan staan de komende 8 weken voor de deur. Ik heb geen keus, ik moet door. Ik ben gewoon in een nachtmerrie belandt. Ik word zo wakker, en dan is het allemaal niet gebeurd. Of toch wel? Het overlevingsinstinct slaat aan, denk ik. Voordat ik afreis naar Parijs heb ik een kamer bij mijn collega-vriendin judoka Guusje Steenhuis. Ik moet sterk zijn.

‘Slapeloze nachten en paniekaanvallen worden onderdeel van mijn leven’.

Het is inmiddels 2016, en ik val nog steeds. Ik heb, denk ik, de bodem geraakt. Zoals ik al eens eerder heb gezegd: als het in je hoofd niet goed zit, heeft dat zijn weerslag op de wedstrijdmat. Ik raak geblesseerd. Het enige wat ik deze periode wel kon, is judoën. Dat was mijn uitlaatklep. Zo hard en zoveel mogelijk. Ik wil niet nadenken. Mijn leven staat op zijn kop, en ik kan het niet ‘sturen’. Ik ben alles kwijt. En ik wil het weer vinden. Het hangt ergens in de lucht, maar ik kan het niet vastpakken. Ik kan het niet alleen. Ik ga eraan onderdoor.

Ik zoek professionele hulp, en vind dat bij Judith Upmeijer. Inderdaad, uit mijn welbekende ‘dreamteam’. Ik word volledig ‘afgepeld’, schil voor schil. Rationeel kan ik het heel goed beschrijven. Emotioneel wil ik niets meer voelen. Ik heb genoeg gevoeld. Ik wil verder.

Ik moet verder. Na een aantal sessies komt er een doorbraak. Hoe dat tot stand kwam is privé.

Vanaf dat bewuste moment begon ik langzaam weer op te krabbelen. Ik kroop uit mijn schulp, en begon mezelf weer opnieuw te leren kennen. Ik kreeg tools mee, die me zouden kunnen helpen wanneer ik een mindere periode heb. Ik merkte dat het ‘trainbaar’ was. Het is geen trucje, want het blijft immers emotie die je niet altijd kan sturen. Ik kan het niet in woorden voor jullie beschrijven, want het is iets van mij en iets wat ik voel. Wel kan ik zeggen dat ik enorm trots ben dat ik uit dit diepe dal ben gekropen. Ik ben er nog niet en het zal altijd onderdeel van mijn leven blijven, maar ik heb geleerd ermee om te gaan.

Ommekeer

De EK in Kazan, in april, werd mijn eerste wedstrijd. Tijdens een wedstrijddag balanceer je fysiek en mentaal op uitersten. Ik was heel bang dat ik alles kwijt was. Mijn onoverwinnelijke gevoel, de adrenaline, had plaatsgenomen voor onzekerheid en weinig zelfvertrouwen. Die wedstrijddag werd, tot dan toe, de mooiste dag van 2016. Ik werd 7e, en huilde als een klein kind. Niet van verdriet, maar van opluchting.

Een maand later wordt al het harde werken beloond. Ik win brons tijdens de Grand Prix in Almaty. Ik plaats me voor de Masters in Mexico, waar de top 16 van de wereld aan mag deelnemen. Ik win daar een zilveren medaille. Win je een zilveren medaille? Normaal niet. Maar de laatste 8 maanden waren niet normaal. Ik WIN zilver tijdens de World Judo Masters in Mexico.

Foto: zilver in Mexico.

‘Het is oké om hulp te vragen’.

Dit afgelopen jaar heeft mij gevormd tot de persoon die ik nu ben. En daar ben ik enorm trots op. Ik weet (lekker rationeel hè) dat ik er nog niet ben, maar de trein rijdt weer, en we zijn weer een station verder. Soms moet je een stap terug, om er weer twee voorwaarts te zetten.

Dankwoord

Ik heb de liefste familie, vrienden, en kennissen. Dat ben ik enorm gaan waarderen. Mijn familie woont in het zuiden, en zie ik soms weken/maanden niet. Zij hebben mij gesteund door dik en dun. Terugkomend op mijn ‘dreamteam’. Ik ben ze stuk voor stuk dankbaar. Zij waren mijn vangnet, hier in Rotterdam/Hoogvliet en we zijn een hecht team geworden.

In het bijzonder mijn judotrainer/coach Mark van der Ham, die 24/7 voor me klaar heeft gestaan. Zowel op de judomat, als daarnaast. Dag in, dag uit. Tot ergernis toe, vrees ik.

Ik kan namelijk heel goed janken én zeiken tegelijk. Knap hè? J

Enfin. Ik kan weer lachen. Ik hoop jullie nu ook, na het lezen van deze zin.

Tot blogs,

X